Struinen en snuiven
Tijdens het wandelen
in een bosrijk gebied
strijden de geuren
om als eerste
mijn neus te bereiken.
In de lente is dat
de odeur van vers gras,
vermengd met een fris
en bloemrijk bouquet
dat de overhand heeft.
In de herfst daarentegen
ruik ik vochtige aarde,
de paddenstoelen,
het net gevallen en
het al rottende blad.
Soms is er ook de geur
van hout van bomen
die werden gekapt.
Dit alles snuif ik op
zodat het samen met
de benodigde zuurstof
mijn longen bereikt en
van daar via mijn bloedbaan
door heel mijn dankbare lijf
wordt verspreid.
Joke van der Ark
Nr. 1233 – 6 oktober 2024